WONEN IN ITALIË – "E la vita si continua"

Ik ben weer thuis. Naadloos heb ik me weer in het plattelandsleven van alledag gevoegd.

Ik had nauwelijks m'n bagage binnen gezet, of ik moest me naar Beppe in Niella Belbo haasten om pallets te halen want er werd sneeuw verwacht. Toen ik bij de winkel aankwam, bleken alle zakken pallets uitverkocht. De sneeuwvoorspelling had een run op de brandstof veroorzaakt. Beppe gaf me gelukkig een zak pallets van zichzelf mee.

Na de maanden januari en februari met abnormaal mooi weer komt de winter ons alsnog achterop. Deze eerste week thuis was nat, grijs en koud. Gelukkig staat er voor volgende week lenteweer aangekondigd met temperaturen van 19 graden.

En zo zat ik gistermiddag weer vertrouwd in de keuken van buurvrouw Rosa. De houtkachel brandde en gaf een heerlijke warme gloed af. Rosa maakte espresso's voor mij en voor haar schoonzus Emma, die ook aan de keukentafel zat.

We praten bij over het dorp en deze keer vooral over de vele Nederlanders die hier huizen kopen. Emma vertelde dat ook haar huis in Noceto vorige maand aan Nederlanders is verkocht. Zelf heb ik de afgelopen maanden ook met enkele nieuwe Nederlandse echtparen kennis gemaakt.

Rosa kon er maar niet over uit dat mensen van 65, met kinderen en kleinkinderen, hun boeltje in Nederland verkopen en doodleuk in een vreemd land gaan wonen. "Dat zouden wij Italianen toch nooit doen, zomaar zonder noodzaak ons huis verkopen en in een vreemd land een nieuw leven beginnen. Wat een moed!"

Ik zei dat Italianen, volgens mij, veel te veel aan hun familie vastzitten. Emma viel me volmondig bij. Zo wordt een familie een soort van gevangenis. Gelukkig zijn niet alle Italianen zo honkvast. Werd Amerika niet door Italianen ontdekt? En al die emigranten dan? "Die emigreerden uit armoede" zegt Rosa "die gingen echt niet voor hun lol."

Ook hier beheerst de oorlog in Oekraine het nieuws. Toen ik nog bij mijn moeder was, zag ik op de S.O.S. Mombarcaro-app dat ook hier een inzamelingsactie was begonnen. De dorpelingen hebben gul gegeven. Er zijn al twee vrachtwagens met spullen naar het oosten vertrokken.

De mensen zijn ook bang. In enkele supermarkten was de afgelopen week geen pasta of rijst meer te krijgen, alles uitverkocht. Ook komen er al veel vluchtelingen binnen. President Zelensky van Oekraïne zal dinsdag via een internet-verbinding het Italiaanse parlement toespreken.

In mijn Rode Kruis-app verscheen een oproep voor o.m. verpleegkundigen, artsen en chauffeurs om zich voor Oekraïne te melden. De beelden van de vele vluchtende moeders met kinderen en hun opa's en oma's wekken afgrijzen en verdriet op. Er is bijna niemand die niet over Oekraïne begint.

Zaterdag een telefoontje. Silvana meldde zich. Mijn lieve buren uit Genua waren gearriveerd. Even later zaten Grazia en ik bij Silvana en Edoardo aan de koffie. Ze hebben hun huis laten verbouwen en komen de hele winter al uit Genua overwippen.

Zondag ging ik met vrienden eten bij de trattoria van Loredana in Niella. Toen ik binnenstapte, liep ik meteen tegen een lange tafel aan vol mensen, die mij verrast aankeken. "Christina, wat doe jij nou hier? Je bent toch niet alleen?"

Het was de familie van Silvia en Guido die blijkbaar iets te vieren had. Mijn vrienden kwamen toen ook binnen, anders hadden ze waarschijnlijk gewoon een stoel voor me bijgeschoven.

De hartelijke Loredana en haar man begonnen ons te bedienen met antipasti en witte wijn. Hè weer helemaal thuis in Piemonte, dacht ik genietend. Even later kwamen twee mannen van de belendende tafel bij onze tafel staan en stelde ik ze aan mijn Duitse vrienden voor. Die kletsten er in hun beste Italiaans al aardig op los en zo lijkt het erop dat wij hier allemaal, Duitsers, Nederlanders, Italianen, één grote familie worden.



  • De beslissing
  • Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.